Wil je beter leren schrijven? Begin dan nooit met het laatste dat je wilt vertellen. Verzand ook niet in details. Begin gewoon aan het einde. Word niet zoals die buurvrouw die ellenlange verhalen afsteekt over de pijn in haar linkervoet. Verdiep je in de vragen die de lezer stelt? Wat wil hij weten? Waarom dat zo belangrijk is? We vertellen je erover aan de hand van een voorbeeld uit de dagelijkse praktijk.
“Nou, het is niet best met Anne, hoor.” Ik hoor een vrouw op het terras een begin maken met haar verhaal. De man tegen wie ze spreekt, kijkt na die eerste uitgesproken zin ietwat geschrokken. “Wat is er aan de hand?", vraagt hij. Een logische vraag. De vertelster schuift op haar stoel en gaat er eens goed voor zitten. Daar gaan we weer, denk ik, en ik luister mee. Met elke zin die wordt uitgesproken, groeit bij de man zijn ongerustheid en bij mij: vooral heel veel ongeduld!
Skip de details
Anne blijkt te zijn gevallen van de week. Ze gleed uit over een peulenschil in haar keuken. Ze heeft drie uur op de grond gelegen. Haar voet was verdraaid en ze kon niet opstaan. Het deed pijn, joh. Ze is zelfs even buiten westen geweest. Uiteindelijk werd ze door haar man gevonden in de keuken. De peulenschillen waren al helemaal uitgedroogd. Toen zijn ze naar de huisartsenpost gegaan. Haar man heeft haar naar de auto geholpen. Anne liep mank. Ze hadden moeite met het vinden van een parkeerplek. “Dat is toch schandalig”, roept de vrouw. “Je moet toch zorgen dat er bij een huisartsenpost altijd plek is.” Ze moesten er ook nog voor betalen. Daarna volgt een uitstapje naar de exorbitante parkeertarieven van de gemeente. De man brengt de vrouw weer terug naar haar verhaal: “Hoe is het nu dan met Anne?” Weer zo’n goede vraag, stel ik tevreden vast.
Chronologisch is niet logisch
De vertelster is alleen nog niet toe aan het antwoord op die vraag. Eerst gaat ze verder over hoe ver het lopen was van de parkeerplek naar de huisartsenpost. Anne kon met moeite zich voortbewegen. Bij de balie zat een oudere dame. Dat was de vriendin van de moeder van haar vroegere schoolgenoot, vergeet ze niet te vertellen. Daarna vertelt ze over het gesprek dat Anne en haar man hadden met de huisarts. Die arts had trouwens roos, dat zag ze aan alle witte schilfers op zijn schouders. Er volgde een doorverwijzing naar het ziekenhuis. Daar moest er een foto worden gemaakt van de voet van Anne. Haar teentje stond namelijk in een nogal vreemde bocht.
Filter onbelangrijke details
Het verhaal kabbelt zo verder. De man weet na ruim een kwartier nog steeds niet wat er met Anne is. Dan verliest ook hij eindelijk zijn geduld. “WAT IS ER MET ANNE”, schreeuwt hij over het terras. De vrouw kijkt geschrokken. “Oh, die heeft haar teentje gebroken”, vat ze haar verhaal vlot samen. Dan komt de rest: “Ze moet zes weken in het gips en dan is alles weer goed.” De man zucht diep. Ik zucht nog dieper. Het gesprek is weer een voorbeeld van hoe goed mensen zijn in chronologisch vertellen met heel veel onnozele details. Als journalist ben je getraind in het filteren van onbelangrijke details en in het beginnen met belangrijkste nieuws. Zo schrijf je de beste teksten!
Het laatste dat je wilt vertellen, dat is je nieuws
Wil jij beter leren schrijven? Begin dan met het laatste dat je wilt vertellen. Dat is je nieuws! Zin om te oefenen? Begin je eigen gesprekken op het terras eens a-chronologisch en gebruik alleen de details die er echt toe doen. Wedden dat je een betere verteller wordt en daarmee een betere schrijver.
Meer weten?
Schrijfdokters leert met individuele en groepstrainingen mensen denken en schrijven als een journalist. Informeer naar de mogelijkheden. In het eerste kwartaal van 2024 lanceert Schrijfdokters meerdere e-learnings.