Of je het er nu mee eens bent of niet: mannen en vrouwen hebben een andere manier van communiceren, ook in tekst. Waarin zit nu dat verschil? En wat als je tot de regenboogfamilie behoort?
Het verschil in schrijfstijl tussen mannen en vrouwen zie je al in simpele chatberichten. Waar de gemiddelde vrouw veelal ingaat op details, houdt de man het liever praktisch.
Vrouw:
“Prima, dan zien we elkaar vrijdag om 20.00 uur bij dat gezellige café om de hoek van de Zeedijk. Leuk om je weer te zien. Ik kijk ernaar uit.”
Man:
“Prima.”
Of je krijgt een duimpje.
Natuurlijk is dit voorbeeld enorm overdreven. Dat hoort ook bij schrijven: je maakt het groter dan het is (schrijftip). Op die manier pak je de aandacht van de lezer.
Maar goed: Niet elke man en vrouw communiceert natuurlijk op dezelfde manier. Er zijn ook vrouwen die graag wat korter van stof zijn en mannen die de oren van je kop ‘kletsen’ in de app of mail. De wereld is niet zwart-wit en gelukkig maar. Regenboogkleuren maken de wereld een stuk mooier.
Praktisch versus sociaal
Het verschil in communiceren tussen mannen en vrouwen is wel uitgebreid onderzocht. Kort samengevat:
- Mannen communiceren over het algemeen meer doelgericht en vrouwen meer relatiegericht.
- De verklaring wordt gevonden in de oertijd. Mannen moesten tijdens het jagen vooral praktisch met elkaar praten. Niet te veel woorden, anders sloeg de gnoe op hol.
- Vrouwen communiceerden vanuit meer sociaal oogpunt. Met taal en lichaamstaal waren ze in staat om de gemoedstoestand van de andere groepsleden in de gaten te houden.
Die wetenschap kun je anno 2024 nog prima benutten bij het schrijven van je eigen teksten. Als je weet wat typisch mannelijk en vrouwelijk is, kun je daarmee spelen in je woordgebruik. Zo spreek je je doelgroep op de beste manier aan. Dus heb je vooral een groep vrouwen voor je, bijvoorbeeld in de zorg, dan schrijf je een andere tekst dan wanneer je je richt tot een groep mannen, bijvoorbeeld vrachtwagenchauffeurs.
Wat zijn nu die typische zaken waar je rekening mee houdt?
Mannen houden van:
- kort en bondig;
- opsommingen;
- bepaalde en onbepaalde telwoorden (één, vijf, een aantal).
Vrouwen vinden teksten prettiger waarbij ze meer in het verhaal mee worden genomen. Ze houden bijvoorbeeld van voornaamwoorden (ik, jij, hij, zij, het, wij, jullie), omdat het daarmee persoonlijker wordt. Ook vinden ze bijvoeglijke naamwoorden in de tekst fijn. Ze hebben liever een mooie uitdaging, dan een uitdaging. Ze gaan liever voor lekkere koffie, dan koffie.
Mijn lezer identificeert zich niet als man of vrouw? Wat nu?
Dan nog kun je deze waardevolle informatie gebruiken om tot nog betere teksten te komen. Het enige dat je moet doen, is je meer verdiepen in wie je voor je hebt. Dat moet je overigens altijd doen als je gaat schrijven (schrijftip). Is je tekst bedoeld voor één persoon, dan is het makkelijk. Wie is diegene? Waar houdt hij/zij/hen van en waarvan niet? Hoe is diegene in gesprekken?
En niet vergeten: Bij non-binaire personen gebruiken je genderneutrale voornaamwoorden, zoals zij/hen. Maak je aanhef van een brief of e-mail ook neutraal. Ken je iemands voornaam? Gebruik die. Geen naam bekend? Pas je aanhef aan: Beste creatieveling, beste cursist, beste lezer.
Inclusief en genderneutraal schrijven betekent dat je geen mannelijk of vrouwelijk labeltje meer plakt. En dat moet je eigenlijk bij elke tekst doen, waarbij je je dan wel goed verdiept in wie je doelgroep is. Want dan voelt iedereen zich aangesproken en creëer je de juiste taal. Of dat nu mannen-, vrouwen- of regenboogtaal is.